nederlands mijnmuseum
Geniet u van het mooie uitzicht over de stad Heerlen? Wist u dat de steenkolenmijnen voor veel welvaart hebben gezorgd in de jaren vijftig van de twintigste eeuw? In Heerlen werden niet alleen de meeste bontjassen van heel Nederland verkocht maar het was ook de plek waar culturen samen kwamen. De migranten uit Duitsland, Polen, Joegoslavië, Spanje, Italië en Marokko namen hun eetgewoontes en gerechten mee naar het zuiden van Nederland. Dit zie je nu nog steeds terug op veel menukaarten in verschillende restaurants in de stad.
boetere
In de mijn noemden de koempels het eten van een boterham ‘boetere’. De boterham was gewikkeld in krantenpapier en werd vaak met een touwtje aan het plafond gehangen zodat de muizen er niet aan kwamen. De muizen waren echte acrobaten. Deed een koempel zijn boterhammen niet veilig stellen, dan had hij kans dat een muis voor hem had ‘geboeterd’. In een ‘blech’ (een zilveren metalen drinkbeker) namen mijnwerkers koffie, thee of andere drank mee. De grootte van de ‘blech’ lag aan de hoeveelheid dorst die iemand had. Was de drinkfles leeg, dan had de koempel pech want er was geen kantine of toilet. Over het toiletbezoek zullen we het nu niet hebben. Wilt u hier tóch meer over weten (en over alle andere mijnbouw gerelateerde thema’s)? Breng dan een bezoek aan het Nederlands Mijnmuseum.
Adres: Mijnmuseumpad 2, 6412 EX Heerlen.
Contact: info@nederlandsmijnmuseum.eu of 045-5713707.
Meer informatie: www.nederlandsmijnmuseum.nl of op Facebook,
Instagram, Twitter of LinkedIn.
schunk agenda
Nu je hier toch bent, bekijk dan meteen deze twee nieuwe tentoonstellingen.
Nomadic Mountains
Sinds haar ontstaan zoekt de mensheid bescherming in het barre landschap. In een welhaast volledig gecultiveerde natuur lijkt De Refuge hier het laatste overblijfsel van. Kunstenaar en gastcurator Jean Bernard Koeman (1964) stelt in samenwerking met SCHUNCK* en het Dutch Mountain Film Festival een duizelingwekkende tentoonstelling samen. De notie van De Refuge, het toevluchtsoord in de wildernis, staat centraal. Het zijn bouwsels, schuilplaatsen of oorden om je terug te trekken. Een documentair onderzoek naar architectuur boven de 1848 meter gaat een dialoog aan met kunstwerken die mentale ruimtes van minimaal eenzelfde hoogte verkennen.
​
De tentoonstelling is een wonderlijk gelaagde opstelling van beeldende kunst en architectuur- en tekstdocumenten. Ook worden er een aantal side-events met cinema en een Robert Smithson-wandeling georganiseerd. Het toont de hedendaagse ontwikkelingen van de berghut, daar waar de mens al wandelend de wereld beweegt. Het onderzoekt ook de mentale positie van de kunstenaar en het museum hierbinnen; altitude poëtica en bouwen in de stilte. Kan een kunstinstelling ook een Refuge zijn?
01-07 t/m 02-12-2018
foto: werkstatt.jbk
MINE
Marieke Coppens maakt een presentatie naar aanleiding van het archief van de anonieme wetenschapper. De wetenschapper deed 60 jaar onderzoek naar natuurlijke en onnatuurlijke geometrische vormen. Hij sprak zijn vele wetenschappelijke artikelen in en legde veel visueel vast, maar hij heeft de artikelen nooit op schrift kunnen stellen voor zijn plotselinge dood in 1998. De artikelen zijn dus nooit gepubliceerd. De wetenschapper heeft zijn levenswerk ter beschikking gesteld aan de beeldende kunst. De keuze door de nazaten viel op Marieke Coppens omdat zij jaren lang in een sekte leefde met een onnatuurlijke geometrische vorm als symbool: de zevenhoek. De enige voorwaarde voor het gebruik van het archief was dat de wetenschapper anoniem blijft, uit schaamte voor het uitblijven van de carrière waar hij op gerekend had. Marieke Coppens presenteert in MINE nieuw werk als afsluiting van haar periode als artist in residence in het SCHUNCK* Atelier.
01-07 t/m 02-12-2018
Voor meer info zie www.schunck.nl